Onze Visie
De relatie in de driehoek kind-ouder-school is het startpunt om met elkaar op weg te gaan. Een weg waarin het leven gevierd mag worden en waarin we oog hebben voor de talenten en werkpunten van kinderen. Een weg die aan waarde wint als we dienstbaar durven zijn aan elkaar. We weten niet wat we op onze weg op school allemaal tegenkomen en dat pad zal door ieder kind verschillend worden ervaren. Wat voor ons vast staat is dat de basisvaardigheden taal (communicatie), lezen en rekenen voorwaarden zijn om de weg goed te kunnen volgen. Dat doen we door de kinderen zowel kennis aan te bieden als vaardigheden te laten ontwikkelen. Het ontdekkend leren zowel binnen als buiten heeft daar in een prominente plaats. Door de kinderen te laten voelen dat we hoge verwachtingen van ze hebben, vertrouwen we er op ze in hun kracht te zetten. We vinden het van essentieel belang de kinderen te laten ervaren dat we elkaar nodig hebben. Zo worden onze kinderen goed toegerust op de toekomst. Bovenstaande kan pas succes van slagen hebben als de weg op een veilige, plezierige en constructieve wijze kan worden afgelegd. Hierbij hanteren we handreikingen die ons aangereikt zijn door de Individual Psychologie van Adler. Wij willen daarom:
- Duidelijk naar elkaar te zijn.
- Heldere structuren aan te bieden.
- Discipline van elkaar te vragen.
Met andere woorden: Dat wat we met elkaar afspreken, komen we na. Op de weg die de kinderen afleggen, maken we gebruik van de volgende wegwijzers:
Respect.
Geen mens is hetzelfde en we hebben allemaal onze eigen “aardigheden”. In onze relatie kind-ouder-leerkracht/pedagogisch medewerker gaat het er niet om wie de baas is. Samen moeten we de goede weg zoeken en daar past niet bij dat er vanuit “macht” leiding wordt gegeven. De goede weg zoeken doen we met elkaar in een democratisch proces.
Verantwoordelijkheid.
Ieder heeft op de weg die hij aflegt haar of zijn eigen verantwoordelijkheid. Het is dus heel belangrijk dat we eigenaar worden/zijn van het eigen onderdeel van ons reisplan.
Betrokkenheid.
De weg kan slechts samen worden afgelegd. We reizen niet alleen, maar gaan samen in een groep op weg. De groep zal ons sterker maken en omgekeerd zal ieder individu de groep versterken.
Vindingrijkheid.
Het einddoel van de reis zal voor ieder kind anders zijn. De weg staat niet vast en zal zich in de loop van de tijd ontwikkelen. Omdat we van te voren niet weten wat we onderweg allemaal zullen tegenkomen, is het belangrijk om open te staan voor nieuwe kennis en vaardigheden. Zij vormen de basis voor het vervolg op de verdere wegen in ons leven.
Ruimte.
Door grote betrokkenheid ontstaan relaties. Die relaties van kind naar kind, van leerkracht naar kind en van leerkracht naar ouders vice versa geeft het fundament voor een werk- en leefgemeenschap. Het gunnen van ruimte zowel fysiek als mentaal helpt ons in de zoektocht naar de weg die we met elkaar gaan.